Speciale onderwerpen vanaf MJ2025

Inleiding

Soms zijn meerdere stappen nodig om de effecten van aanpassingen in het beleid volledig en correct te verwerken in een meerjarenraming. Voor dergelijke gevallen worden fictieve praktijkvoorbeelden uitgewerkt om de gang van zaken te illustreren. Per voorbeeld worden de effecten op een aantal aspecten, zoals het resultaat, de algemene reserve, de vrije buffer en de liquiditeit, gegeven. Hierbij wordt de 'Richtlijn jaarverslaggeving en begroting PKN' gevolgd. Daarnaast zijn de volgende definities van belang:

  • De vrije buffer bestaat uit de algemene reserve plus de herwaarderingsreserves minus de waarde van de kerkelijke activa (kerkgebouwen, kerkelijke verenigingsgebouwen, pastorieën (bewoond door predikant), kosterswoningen (bewoond door koster), installaties en inventarissen in kerkelijke gebouwen, orgels).
  • De liquide middelen bestaan uit de geldmiddelen en uit de effecten en beleggingsfondsen.

Met ingang van de meerjarenraming 2024 worden de effecten van herwaarderingen van onroerende zaken, installaties en inventarissen en van koersresultaten van effecten en beleggingsfondsen zoveel mogelijk direct in het vermogen verwerkt. Tot en met de meerjarenraming 2023 gebeurde dat indirect via het resultaat.

Met ingang van de meerjarenraming 2025 is de afhandeling van herwaarderingen van vaste activa en van koersresultaten van effecten en beleggingsfondsen in de meerjarenraming eenvoudiger geworden.

De verwerking van herwaarderingen van vaste activa en van koersresultaten van effecten en beleggingsfondsen gebeurt altijd in drie stappen, waarbij de derde stap automatisch door FRIS wordt uitgevoerd:

  1. Opgave van de herwaarderingen en de koersresultaten op het scherm ‘Balansmutatie’
  2. Opgave van het deel van de herwaarderingen en de koersresultaten dat direct in de resultaten verwerkt moet worden op het scherm ‘Incidentele baten’. Dit zijn gerealiseerde baten (die ook negatief kunnen zijn).
  3. FRIS boekt het verschil tussen de uitkomsten van de opgaves bij punt 1 en punt 2 op de juiste rekeningen voor de reserves herwaarderingen en koersverschillen. Dit zijn ongerealiseerde baten. De uitkomsten zijn te vinden op het scherm ‘Balansmutatie’ onder ‘Bestemmingsreserves en -fondsen’.

De afhandeling van investeringen of desinvesteringen van vaste activa en aankopen of verkopen van effecten en beleggingsfondsen werkt op een iets andere manier:

  1. opgave van de investeringen en desinvesteringen van kerkelijke en niet-kerkelijke goederen en van aankopen en verkopen van effecten en beleggingsfondsen op het scherm ‘Balansmutatie’
  2. opgave van boekverliezen en/of boekwinsten bij incidentele baten en/of lasten (65- en/of 95-rekeningen).
  3. mutatie van de herwaarderingsreserves resp. reserves koersverschillen op het scherm ‘Balansmutatie’ onder ‘Bestemmingsreserves en -fondsen’ bij afboekingen n.a.v. verkopen

Het wezenlijke verschil zit bij punt 3: bij herwaarderingen en koersresultaten wordt dit uitgevoerd door FRIS, bij (des)investeringen of aan- en verkopen moet dit handmatig gedaan worden.

Let erop dat rekeningen voor bestemmingsreserves en -fondsen, dus ook die herwaarderingsreserves en reserves koersverschillen, nooit een negatieve eindbalans mogen hebben. De geraamde eindbalansen zijn te vinden op het scherm ‘Balans’.

De volgende praktijkvoorbeelden in de genummerde lijst verwijzen naar bovenstaande drie stappen. Let op: deze praktijkvoorbeelden zijn alleen relevant vanaf meerjarenraming 2025 (en niet voor meerjarenraming 2024 en/of eerder).